donderdag 16 december 2010

December.

December.

Het is koud, nat en glad. Niks voor mij die winter, ik word er ontzettend chagrijnig van en het is pas begin december. Ik ben niet mobiel als de stoepen ijsbanen worden en zit dus verplicht achter de geraniums naar die nattigheid te staren. Dat is weer niet bevorderlijk voor mijn meestal opgewekte humeur. De neerwaartse moodspiraal gloort aan de horizon. Nee, de winter is niet mijn favoriete seizoen.
In die koude tijd zou ik graag willen ruilen met een beer of een schildpad. Lekker een winterslaap houden in een warme bed en pas wakker worden als de eerste bloembollen hun kopjes boven de grond steken. Je dan heerlijk uitrekken, een plekje in de tuin opzoeken en zeggen; hallo zon, daar ben ik weer!
Maar ik ben een mens; en die slaapt 's winters niet. Die moet – zeker in deze tijd – kookboeken doorworstelen, bestellijsten invullen, kerstbomen optuigen, vredeswensen schrijven, kerstpakketten regelen, hollen naar winkels, serviesgoed verzamelen, huis poetsen en vooral iedereen fijne feestdagen en een voorspoedig Nieuwjaar wensen.
Tussen al het kerstgeneuzel door tracht ik dit jaar de rust en de kalmte te bewaren. Een rolletje in een kerstspel; oké. Zingen en kerstbloemstukken maken sla ik dit jaar over. Er zijn maar twee van de tig dozen van de zolder geplukt om het huis te versieren en de verlichting in de kerstboom buiten moet het doen met een paar kapotte, niet meer te koop zijnde lampjes.


De kerstdagen vallen in een weekend. Mijn plan is om gewoon op de voor mij normale dag naar de super te gaan en het voedsel mee te nemen dat nog voorhanden is, dus geen stapels boodschappenlijstjes! Op eerste kerstdag ga ik geen uren meer in de keuken staan, een simpel gerechtje-voor-twee wat snel klaar te maken is, moet maar genoeg zijn. Dan hoef ik me ook niet schuldig te voelen als nadien blijkt dat er enig gewicht extra aan mijn lijf blijkt te hangen; ik heb mijn best gedaan.
Ik heb besloten me er dit jaar eens totaal niet druk over te maken, over dat hele kerstgedoe dan, bedoel ik. Met als smoesje; het is crisis en we doen een stapje terug. We gaan ons bezinnen. Het hoofd leeg maken. Even terug naar af, met een boel tijd voor jezelf.
In het kerstweekend ben ik van plan om uit te slapen, eens uitgebreid te badderen, te luisteren naar mijn muziek, een paar heerlijke boeken te lezen, achter de naaimachine te kruipen of een penseel in mijn handen te nemen. De hele familie is god-weet-waar-ergens, dus die hoef ik niet op te zoeken. Ik heb geen speciale blingbling kleren aangeschaft en ook geen
knellende schoenen met onmogelijke hakken. En wat het belangrijkste is: de laatste pagina's in mijn agenda zijn leeg; helemaal geen planning. Heerlijk bevrijdend!
Maar naarmate de weken van december voorbij vliegen komen de vragen; wat doen jullie eigenlijk met kerst? Al plannen voor oudejaarsavond? Nieuwjaar? Zullen we dit? Doen we dat? Borrels en eindejaarsafsluitingen?

Ik betrap me er keer op keer op dat het bekende kerstgevoel me steeds meer in zijn greep krijgt. Je wordt toch meegezogen, of je wilt of niet!
Als ik dan naar buiten kijk ben ik - héél even maar - oprecht blij dat het weer eens begint te sneeuwen en de temperatuur gestaag onder nul zakt. Met een glimlach zeg ik nee tegen al die goed bedoelde plannen. Voor ons dit jaar een simpele kerst; wit mag, maar druk niet!

Fijne Kerstdagen allemaal.

woensdag 24 november 2010

Klaaskado hond.

Voor 5 december; een speelkleed met onderkant van tafelzeil.Op verzoek, om ook als picknickmat te kunnen dienen. Het zeil en de stof met afbeelding van een hond komen van de Zweedse winkel. Tussen de beide lagen zit een fleecedekentje, ook van de gigant. De twee bovenlagen aan elkaar doorgestikt en het zeil er daarna omheen vastgestikt.



dinsdag 9 november 2010

Zwarte Piet.

Project Pietenpak.

Zoals eerder beloofd, hier de eerste resultaten van het Zwarte Piet kostuum. Aanstaande zondag is Pieterbaas Marcos in vol ornaat te bewonderen op de intochtcatwalk van ons dorpje. Zodra hij foto's van de mode fotosessie heeft laten maken zal ik die toevoegen aan dit blog.

Door wat overbelichting lijkt het pak wat grijs, maar de kleuren zijn toch echt zwart oranje en goud, met de witte accenten van een veer, de kraag en de manchetten.

Als patroon heb ik een oud kostuumpatroon gebruikt, en delen daarvan onderling uitgewisseld. De cape is er zelf bij verzonnen. Mijn paspop heeft een kleinere maat dan de echte Piet, dus op de foto hangen de schouders een beetje. De mouwen zijn dubbel; één lange mouw, met daar overheen een ballonmouw met elastiek aan de onderkant. Dit om Pieterbaas wat meer speelvrijheid te geven. Dit geldt ook voor de broek. Deze is om een strakkere binnenbroek heen genaaid. Bovendien heeft hij galgen gekregen, want het fluweel en het band wat aan de tailleband hangt is redelijk zwaar, en de broek mag niet zakken natuurlijk! De kraag en de manchetten zijn ook los. De cape is uiteraard af te doen. Want die draagt Piet zelden tijdens voorstellingen.



 






dinsdag 2 november 2010

Kunst en nijverheid in het Van Abbe

Kunst en nijverheid.

Zo maar een museum? Zo maar een week in oktober? Het zou kunnen. De aanwezige stilte hangt drukkend in de zalen. Glimmend gepoetste vloeren zonder enige smet stralen hoogdravendheid uit. Maar schijn bedriegt.
Beveiligingspersoneel, gastvrouwen en –heren proberen stil schuifelend hun belangrijke werk te doen. Hier en daar klinkt gefluister. Er hangt een geur van verf, inkt en doeken in de ruimte, gemengd met iets dat uit een flesje komt; de lucht uit een automatische geurverspreider. De bezoekers hebben hun tas ingeleverd en de jassen achtergelaten in de garderobe. Zij verspreiden zich door de verschillende ruimtes waar men kan genieten van kunst. Moderne kunst wel te verstaan.

Sommige gasten kijken verwonderd, anderen zijn diep onder de indruk. Hier en daar speurt iemand met gefronste wenkbrauwen rond, uitgebreid de tweetalige bordjes lezend over wat hij aan de muur zou moeten zien. Duidelijk verwart of soms zelfs ongeïnteresseerd. Opvallend veel bezoekers lopen met de handen op hun rug, bang om wat om te stoten of aan te raken. Kinderen vragen aan hun ouders wat de abstracte afbeeldingen aan de muren moeten voorstellen, of vertellen over een fantasierijk land dat ze in de schilderijen menen te zien. In een van de zalen staat een tribune en er klinkt vreemde muziek uit enkele geluidsboxen. Muren zijn beschreven met graffiti.
Dutch Design Week in het Van Abbe in Eindhoven. De bezoekersaantallen stijgen behoorlijk. De eens zo heerlijke rust wordt verstoord door een soort zenuwachtige bedrijvigheid. Kunstenaars lopen gekleed in speciale T-shirts heen en weer door het museum, een Engelse catalogus in de hand. Tricksters Tricked. Het museum leeft, straalt en is duidelijk aanwezig in een stad die zich stort op het thema ontwerpen. Vele Nederlandse en internationale gasten volgen workshops, confereren en laten zich een week lang onderdompelen in de wereld van het Design.
In de Van Abbetoren hangen talrijke kleurrijke doeken aan korte vlaggenstokken. Een paar bezoekers zitten aan een tafel vol potjes kleurpotloden verhit een A4-tje in te kleuren. Geconcentreerd en met veel interesse tekent men stapels blaadjes vol met nieuwe ontwerpen. Onder leiding van jonge kunstenaars kleuren zij namelijk een eigen persoonlijke vlag. Als voorbeeld dienen alle vlaggen van de wereld. Met een onder aan de bladzijde opgeschreven motivatie waarom juist dit ontwerp is gemaakt, wordt het velletje papier in een map gehangen.
Het kijk-museum is een doe-museum geworden. In één van de kleinere zaaltjes ligt de vloer vol met draden. Door de droge lucht worden ze statisch geladen en blijven overal aanplakken. Een stoomstrijkijzer sist. Er klinken geluiden van scheurend textiel. Gelukkig zijn het niet de kostbare schilderijen uit de Van Abbecollectie die doormidden worden gekliefd, maar vele meters gesponsord vlaggenstof. Door heel het museum kan men het gesnor en gebrom van naaimachines horen. Vaardige handen knippen, tekenen, spelden en naaien hele voorstellingen in elkaar. De bezoeker tekent, en enkele nijvere dames maken van de mooiste ontwerpen een driedimensionale tastbare werkelijkheid. De vrijwillig werkende naaisters zijn letterlijk onderdeel van de tentoonstelling. Menig bezoeker verbaasd zich over hun kunnen, stelt vragen en knikt bewonderend als de zoveelste grote lap stof de tentoonstellingstoren in verdwijnt.



Het harde verhitte werken van de dames spoort de bezoekers aan om nog beter hun best te doen aan de kleurtafel, en gaandeweg de week worden de ontwerpen ingewikkelder, kleurrijker en fantasievoller. Maar de dames laten zich niet kennen. Ze bezitten alle vaardigheden die men van goede naaisters mag verwachten en de meest ingewikkelde patronen komen perfect onder hun naaimachines vandaan. Maar dit museum-naaiatelier is echter een kort leven beschoren. Eén week slechts stikken, knippen en naaien de vaardige handen, daarna is het weer stil en als vanouds.
De kunst blijft, de vlaggen hangen nog tot januari stilletjes te bewegen aan hun stokken en zullen daarna tot stof vergaan in het archief ergens in de krochten van het oude gebouw.
De nijverheid is weer verdwenen naar de naaikamertjes bij de dames thuis, waar men anoniem achter de naaimachine voor werk of hobby de meest kunstzinnige werkstukken produceert.

donderdag 21 oktober 2010

Oud?

Oud?

Sarah en Abraham zijn bij ons op bezoek geweest. Ze accepteerden trillend van de kou gelukkig een stevige borrel, nadat ze die feestelijke avond uren naast onze voordeur onbeweeglijk op een stoel hadden gezeten. Zoals dat bij vele Sarah’s en Abrahammen het geval is, zagen ze er ontiegelijk oud en versleten uit. Veel ouder dan wij op die heuglijke dag.
Want zo oud voelen we ons niet. Maar ja, je hoort in deze maatschappij al snel bij de oudjes. Korting als je 55+ bent. Voorrang bij het betrekken van seniorenwoningen. Vitaminepillen met ginseng op je wastafel. Vreemde blikken van verkopers als je naar moderne designmeubelen vraagt. Ongevraagd advies om je mooie grijze haren een kleurtje te geven, want dan valt het niet zo op. Aangepaste ouderenreizen. Geadresseerde folders in de bus over hoortoestellen, rollators en brillen.
Belachelijk. We zijn gewoon een man en een vrouw en onze leeftijd hoort ons niet in een categorie te stoppen. Dat is pure discriminatie!
Goed, onze lijven zijn niet meer zo strak als toen we twintig of dertig waren. We hebben een paar pillen nodig omdat de gezondheid achteruit gaat. Hier en daar zitten zichtbaar vetrolletjes in de weg. Een bril om alles wat scherper te houden behoort ook tot de standaarduitrusting. En af en toe vergeten we wat en reageren trager. So what?
Onze levenservaring staat op een hoog peil, we sporten, houden ons met kunst en cultuur bezig en staan midden in een arbeidzaam leven dat we nog tot onze 67ste verjaardag moeten volhouden. Onder onze vrienden en kennissen bevinden zich talloze jongeren, waarmee we ook nog wel naar de kroeg zouden kunnen. Toch wil men ons steeds weer in een hokje stoppen. Met een stempel. Pas op: Senior!
Vooral de overheid is daar sterk in. Neem nu de gemeente. Die heeft een hele tijd geleden een intelligent groepje ouderen gevraagd om te onderzoeken hoe het nu met de senioren gaat in ons plattelandsdorp. Er is een heus onderzoek geweest en men heeft verslag uitgebracht. De kunst bij dit soort commissies is natuurlijk; ik zit er nu in en hoe blijf ik er in? De gevolgen laten zich gelden.
Rondom dit kleine groepje heeft zich intussen een grote groep naar men zegt mondige ouderen geschaard. Ook de leden van de eerder opgeheven ouderenvereniging KBO hebben zich hierbij aangesloten. Er is een nieuwe club ontstaan die uitstekende activiteiten organiseert, natuurlijk sec voor de beoogde doelgroep. Deze groep zoekt nu een eigen onderkomen, ver weg van de bestaande culturele en maatschappelijke ontmoetingspunten.
Nou ja, zeg! Moeten ouderen zich nu verenigd en wel gaan verstoppen in eigen zaaltjes? En wat moeten we daar dan doen? Over de goede ouwe tijd van vroeger praten, knutselen, biljarten, naar de duiven op de Dam luisteren of achter de geraniums zitten? Dan wordt je vanzelf wel een gecraqueleerde Sarah of een bekrompen Abraham!
De gemeente wil nu ook al woonwijken ontwerpen met alleen maar aangepaste woningen voor senioren. En ze ziet het liefst alle oudjes rondom de kerk wonen. Lekker makkelijk. Een looproute van het plaatselijke bejaardencentrum naar de bank en terug is nu al met witte pijltjes in het trottoir aangegeven. Kijk bejaarde dames en heren, zo moet je lopen! Waag het niet er van af te wijken!
Nu snap ik wel dat er voor de zeer ouderen onder ons goede voorzieningen moeten zijn waarin zij goed verzorgd hun oude dag kunnen slijten. En daar kan ik ook wel mee leven. Maar we slaan door.
Ik moet er niet aan denken dat we straks geen jongeren meer om ons heen hebben. Dat we aan de buren van negentig moeten vragen of die ons - honderdjarigen -  zouden willen helpen.
Altijd maar schuifelende voeten door de straat of piepende rollators die allemaal dezelfde pijltjes richting centrum volgen. En een uur na de thee met het speculaasje, natuurlijk weer terug.
Verloren gaat het contact met andere culturen en de jeugd om ons heen. De kleinkinderen komen heus wel op bezoek hoor, maar die zullen snel genoeg krijgen van de geur van oudheid en verval die er in zulke oorden gaat hangen. Nee, onze toekomst als oudere wordt steeds meer een schrikbeeld.
We willen als senior tussen alle mensen leven! We willen profiteren van de synergie die ontstaat als je leeft tussen gevarieerde bevolkingsgroepen. Onze buren mogen best energieke jongeren zijn aan wie we  kunnen vragen of ze onze kliko even buiten willen rijden. En wij lezen hun kinderen dan met plezier een bedtimestory voor. We horen liever baby’s krijsen dan het geluid van het oude bingorad. We zitten liever achter de laptop en onze zestigerjaren muziek is voor de jeugd nog best om aan te horen. En laat die geraniums alstublieft in het tuincentrum staan!
We willen op de hoogte blijven van ontwikkelingen en ons omringen met alle nieuwe frisse winden die uit de samenleving komen aanwaaien, want die houden onze geest lekker jong.
Kortom; we willen er gewoon bij blijven horen! Anders worden we zo oud!

woensdag 6 oktober 2010

De eerste in de reeks.


In september begint het nieuwe seizoen voor onze schilderlessen. Samen met een aantal anderen neem ik dan weer voortvarend de kwasten ter hand. Ieder jaar sluiten we het seizoen af met een zomertentoonstelling van werken die door cursisten van het creativiteitscentrum zijn gemaakt. Dit jaar sloot onze groep een gezamenlijk project af.  We hebben een aantal canvas doeken gekocht van hetzelfde formaat. Die naast elkaar neergelegd en genummerd. Vervolgens heeft elke cursist met potlood een aantal lijnen over alle doeken getrokken. In overleg werd een thema (landschap) en een kleurenschema (blauw-groen-geel) bepaald. Daarna heeft elke schilder zijn of haar eigen doek beschilderd in een eigen stijl en met behoud van de potloodlijnen. Dit is mijn bijdrage, het eerste doek in een reeks van zes.

Jasje van gekookte wol.

Voor de kleding makers onder ons.... zie het rode jasje.

donderdag 23 september 2010

Geheimpje.

Hoofdpiet.

Er zijn mensen die helemaal idolaat zijn van het fenomeen Sinterklaas en Zwarte Piet. Er is een persoon in mijn omgeving die begin augustus al denkt aan 5 december. Zijn alter ego is de Hoofdpiet van Sinterklaas, alleen zijn pak is versleten en aan vervanging toe. Tja, een pak kopen was geen optie: niet echt, niet mooi, niet bling bling genoeg, past slecht enz. Nee. Piet heeft zo zijn eisen: hij wil er eentje zoals die van zijn collega in België. Dus ben ik aangesteld als couturier aan het hof van de Sint. Na lang zoeken naar een middeleeuws patroon, in de afgelopen Kerstvakantie al aan de slag gegaan. In de zomer ligt het zware naaiwerk stil vanwege de hitte, maar de draad is weer opgenomen: mijn huis ligt vol minuscule pluisjes die uit het zwarte fluweel komen. Het resultaat?
De catwalk van Sinterklaas start in november.... Vol verwachting klopt ons hart.

vrijdag 17 september 2010

Verf en kwast.

Een van mijn bezigheden; plaatjes maken. Met potlood, verf, water en kwasten in de weer. Het ontspant me, maar na een paar uurtjes word ik er ook moe van. Om nu te zeggen dat ik een kunstschilder ben gaat me echt te ver, zo voel ik het niet. Gewoon een amateurtje. Met een groepje andere schildergekken krijg ik één keer in de week les en dat is een gezellig dagdeel wat ik niet snel over sla. Ik leer er technieken toepassen en goed kijken. Het goede van de lessen voor mij is dat ik scherp gehouden word en niet verzand in steeds weer hetzelfde. Een eigen stijl heb ik nog niet echt ontwikkeld, al vallen mijn plaatjes wel op door hun felle kleuren. Dit werk is intuïtief op papier geschilderd met acrylverf, een medium dat ik meestal gebruik. Resultaat is 'Carnaval' uit 2009.

donderdag 16 september 2010

Deurbelterreur.

Deurbelterreur.

Het is een rustige dag en ik zit geconcentreerd aan een paar opdrachten te werken als het dwingende geluid van de deurbel door de ruimte schalt. Met kippenvel van de schrik hijs ik mezelf met stramme gewrichten uit mijn bureaustoel. Tring…  tring… tring…! Alweer? Nou ja, zeg! Geef me even de kans om op te staan en een sleutel te zoeken, wil je! Mijn huis staat toch niet in brand of zo?
Nu ben ik van nature een gastvrij mens mag ik wel zeggen en ook lichtelijk nieuwsgierig. Dus doe ik op een normale manier en met een glimlach de voordeur open, benieuwd welke verrassing me te wachten staat.
Als ik ze zie staan dringt het tot me door. Natuurlijk, de scholen zijn weer begonnen! Geen moment meer aan gedacht verdomme, maar nu is het te laat! Er staat een groepje pubers op de stoep. Brutale gezichten grijnzen me tegemoet. De grootste durfal van het stel neemt het woord. Gelukkig is hij nog netjes en spreekt met twee woorden. Dat valt me mee. ‘Mevrouw, we zijn op introductiekamp en doen het suikerklontjesspel. Kunt u dit voorwerp ruilen tegen iets wat groter is?’
De glimlach verdwijnt van mijn gezicht, een zucht ontsnapt me, ik schiet de keuken in en ruil het doosje lucifers snel tegen een ooit cadeau gekregen kaars van een kleur die toch niet in mijn interieur past. Even later zie ik het groepje aanbellen bij mijn buurvrouw van negentig. Kom op zeg!
De bel stoort me die middag nog een keer of vier, maar ik doe niet meer open. Ik ben die stomme spelletjes méér dan zat. Er zijn veel groepsaccommodaties in mijn directe omgeving en in deze tijd van schoolkampen weten clubjes kinderen mijn voordeurbel altijd te terroriseren. Dat hun begeleiders niets anders weten te verzinnen dan dit soort storende bezigheden, verbaast me elk jaar weer.
De dag erna is het weer raak; dit keer zijn het kinderen van de plaatselijke basisschool die gepusht worden om lotjes van Jantje Beton te verkopen. Mooi doel hoor, niks mis mee. Ik koop een lot, hopende van alles af te zijn. Helaas zie ik even later mijn buurjongens achterom komen met een lotenboekje. Die lieve jongens weiger je niet dus het zoveelste 2 euro muntstuk wisselt van eigenaar. Weer wordt er die middag een paar maal aangebeld. Ik verschuil me met het schaamrood op de kaken achter een gordijn. IK BEN NIET THUIS!
Die avond heb ik zojuist mijn eerste aardappel doorgeslikt als de deurbel weer gemasseerd wordt door een paar vingers. Een collecte! Ja hoor, dat kan er ook nog wel bij. Ik schud moedig de laatste muntjes uit mijn portemonnee.
Maar ik woon op een kruispunt van vier straten met even zoveel namen. En collectanten hebben niet altijd in de gaten welke straat er op hun lijstje staat, dus die avond word ik nog drie maal met een verzoek om een donatie lastig gevallen. Als ik antwoord dat ik het Kankerfonds al iets heb gegeven zie ik ze denken: Ja ja, mens, dat smoesje ken ik ..! MAAR HET IS ECHT WAAR.
De volgende ochtend lees ik in de krant dat het dorp wordt geteisterd door geteisem dat zegt meteropnemer te zijn maar het dus niet is. Let op burgers, trap er niet in, laat de deur dicht!
Dat hoef je niet meer tegen me te zeggen, heren van de politie! Ik doe de deur sowieso niet meer open deze week. Ik ben het spuugzat! Mijn muntgeld is op, mijn werk niet af, het is crisis, en nu moet ik ook nog een extra deurketting kopen? Ik zucht en hoop oprecht dat mijn deurbel het onder al die druk heeft begeven….


woensdag 15 september 2010

Dromenland


Soms gaat fantasie met je op de loop. In je hoofd ontstaan verhalen die lijken op dromen, maar dan zonder slaap. Je gaat voor je toetsenbord zitten en schrijft ... een gedicht.

Dromenland.
In het land van dromen … mag een kind de koning zijn
In het land van dromen … voel je geen verdriet of pijn
In het land van dromen … wordt een oude boom kasteel
In het land van dromen … kan en mag er heel erg veel

In het land van dromen … kleurt de wereld stralend goud
In het land van dromen … is het warm, noch te koud
In het land van dromen … gaat het goed met de natuur
In het land van dromen … smaakt een appel nooit te zuur

In het land van dromen … staan er prinsen op een rij
In het land van dromen … zijn gedachten altijd vrij
In het land van dromen … heerst er een serene rust
In het land van dromen … wordt dus heel wat af gekust

In het land van dromen … ligt er liefde voor je klaar
In het land van dromen … blijkt de waarheid altijd waar
In het land van dromen … vormt de stilte een gebed
In het land van dromen … lijkt de tijd zijn stilgezet

In het land van dromen … wordt het leven dus één feest
Maar in dat verre land van dromen … is nog nooit een mens geweest!

Weer iets nieuws.

Weer een nieuwe ontdekking. Bloggen! Al een tijdje hoor ik er van alles over. Dus heb ik de stoute schoenen maar eens aangetrokken, mijn nieuwsgierigheid de ruimte gegeven en een blog gemaakt. Dit is dus mijn eerste bericht. Ik ben benieuwd wat me dit brengt. Het vergt nog enige tijd studie voor ik dit medium heb zoals ik het wil hebben. Maar ik kom er wel. Het is in ieder geval spannend. Na Hyves en Facebook beschik ik nu dus over een blog ... de eerder genoemden verveelden me snel en ik ben nog wat huiverig om informatie over mezelf de digitale wereld in te gooien, maar het is het uitproberen waard. We zullen zien ...