maandag 2 januari 2012

Mijn naam.


What's in a name …

 

Maanden, nee misschien wel een jaar lang heb ik er over nagedacht. Welke naam geef ik mijn schrijfsels mee. Doe ik het met mijn eigen vertrouwde letters die ik dagelijks draag, of ga ik voor het pseudoniem? Ik moet er een keuze in maken.
Maar is een pseudoniem voeren niet te hooghartig? Hoe nemen lezers -en vooral bekenden- mijn keuze voor het voeren van een schuilnaam op?
'Je durft zeker geen verantwoording af te leggen! Ben je bang voor kritiek? Schaam je je soms?' Ik hoor het al rondzoemen.
Nee mensen, dat is het niet. Ik ga vol voor mijn woorden op papier en neem er alle verantwoording voor. Schamen hoef ik me niet, ik schrijf over alledaagse zaken en niet over hypergevoelige onderwerpen, mensen beledigen ligt niet in mijn aard. Af en toe een kwinkslag maken naar mistoestanden mag en gevoelens en emoties uiten ook. Choqueren niet. Dat laat ik aan anderen over. Laf? Misschien, dat kan je mening zijn maar die deel ik uiteraard niet.
Ik schrijf omdat ik het een heerlijke vorm van ontspanning vind. Het geeft me de kans om die zaken die me bezig houden aan het papier toe te vertrouwen en zo een plekje in mijn leven te geven. Om te dromen en te fantaseren, frustraties weg te schrijven, anderen te troosten of te raken met een paar gekrabbelde woorden, een publiek te boeien met een zelfgeschreven dialoog. Papier is geduldig, je kunt het bewaren of kapot scheuren, beschilderen, fotograferen, er maskers van maken. Mogelijkheden genoeg.
Alles van me af praten - en er onbedoeld anderen mee lastig vallen - daar heb ik geen zin in. Opnemen als filmpje en dat op het Internet gooien zie ik mezelf ook niet snel doen. Het te bezingen: daar ben ik te oud en te lelijk voor.
Ken jezelf. Na enig onderzoek weet ik dat ik een persoon ben die enorm gehecht is aan vrijheid. Niet alleen aan onze vrijheid van meningsuiting, maar ook aan de persoonlijke vrijheid in denken en doen. En het is juist die vrijheid die ik zo nodig heb bij het schrijven; me ongehinderd weten door niets en niemand. In het schrijven ben ik een eenling en zoek daarbij bewust naar eenzaamheid. Dit is mijn grootste argument om te kiezen voor een schuilnaam, een pseudoniem, of zoals je wilt: een masker.
Er speelt echter ook nog wat anders. Vraag het aan de BN-ners, de sterren, de prinsen en prinsessen van deze wereld. Wanneer je bekend bent bij een groter publiek, ligt ook je privéleven op straat. Sociale controle is goed, maar als elke stap die je zet onder een vergrootglas wordt gelegd, is dat ronduit vervelend. Dat geldt zeker voor die mensen waarmee je het leven deelt.
Kritiek, spot, commentaar op datgene wat ik neerpen, mag je me altijd in de schoenen schuiven. Wat ik ronduit haat, is dat mijn geliefden worden aangevallen op de dingen die ik doe. Zij schrijven niet, zij willen niet spreken in het openbaar, niet optreden. Ze hebben er voor gekozen om daar niet bij betrokken te worden. Mijn maatjes hebben immers hun eigen vrijheid broodnodig, en dat respecteer ik.
Vandaar dus het ontstaan van Beca Frank. Een naam die ik na lang zoeken heb gevonden en die uitstekend bij me past.