zaterdag 17 augustus 2013

Eindelijk. Vakantie!




Iedereen kijkt er naar uit. Vrij nemen en de hort op, zoals ze dat hier zo mooi kunnen zeggen. We zijn er aan toe, na dit hectische jaar.
Ons tweede huisje staat voor de deur, klaar om ingepakt te worden met de meest noodzakelijke spulletjes die we menen nodig te hebben om te kunnen overleven in een ander land. Typisch Nederlands;  wij vieren vakantie met de sleurhut. Die van ons is al heel wat jaartjes oud – bejaard kun je wel zeggen – maar voldoet nog uitstekend. Gewoon handmatig op de plaats trekken en duwen en geen mover; een plastic raam open in plaats van een brullende airco op het dak.


Het is genieten in een land waar het klimaat aangenaam blijkt, je omringd wordt door het geluid van duizenden cicaden, groenten en fruit eet waar de zon in te proeven is en waar je tot diep in de nacht buiten kunt zitten zonder tv maar met een prachtige sterrenhemel.
Tja, wij zijn nu eenmaal reizigers met een onmetelijke drang naar vrijheid en eenvoud. Misschien hebben we wel zigeunerbloed in onze voorvaderlijke bloedlijnen zitten want we blijven zelden langer dan een week op één pek. We trekken door onbekende streken, zoeken altijd weer een nieuwe camping op en vinden reserveren een vies woord.
Dit jaar viel ons echter op hoe rustig het in het buitenland was: geen overvolle campings waar je moet vechten om een lekker plekje, geen drukke toeristenstadjes waar je over de koppen kunt lopen en door de toeristen de gevels niet meer ziet. Nee, niets van dit alles. Er heerste een aangename rust, overal.
Crisis in de toeristenbranche? Een uitgelezen kans voor de reiziger! Immers, je hebt alle tijd om door stille musea te dwalen, je hoeft niet in de rij of uren te wachten voor het bezoeken van een grot en er liggen nog waterfietsen genoeg aan de oever van het meer te wachten op fanatieke trappers. De uitbaters van eetgelegenheden hebben alle tijd voor een onderhoudend praatje, doen hun stinkende best om klanten aangenaam te verrassen en wachten op je beurt is nauwelijks nodig.
En wat belangrijker is; het leven mag trager, je hebt de tijd en bent vrij. Je kunt heel langzaam genieten, er zitten ogenschijnlijk meer minuten in een uur. Pure luxe!
Wij hebben in ieder geval lekker kunnen onthaasten, onze huid heeft een kleurtje gekregen van het zalige nietsdoen en de stapel van 21 bibliotheekboeken die vanwege het gewicht in het kastje dichtbij de wielen van de caravan waren gelegd, zijn allemaal uitgelezen.
Ontspannen en uitgerust komen we terug in ons vertrouwde huis, waar we met weemoed de spulletjes opbergen en de sleurhut onderbrengen in de stalling. Tot volgend jaar.
Gelukkig heeft de zon ons kikkerlandje ook weer ontdekt en kan het vakantiegevoel nog even doorgaan. Want in ons eigen dorpje is wél een hele meute vakantiegangers neergestreken.
Even erger ik me aan de rijen bij de kassa van de supermarkt, het plotseling oversteken van uitgelaten kinderen, de vreemde tongval als iemand iets aan je vraagt op een moment dat het dus nét even niet uitkomt.
Maar dan denk ik aan mijn eigen vakantie. En ik neem de moeite een vrolijk, lief, correct en vooral zonnig antwoord te geven. Een crisis in onze toeristieke wereld kunnen we namelijk missen als kiespijn.