donderdag 8 oktober 2015

(H)eerlijk dragende shirts maken.

Zelf je kleding naaien heeft zo zijn voordelen. Natuurlijk, een shirt kopen gaat veel en veel sneller en is uiteraard makkelijk. Ik koop ook kleding - vooral jassen en broeken - en maak echt niet alles zelf want dan zou ik tijd tekort komen. Er zitten maar vierentwintig magere uurtjes in een dag en een shirt zoals deze? Daar doe ik toch wel een dagje over om van niets, iets te maken.
Maar niet alle gekochte kleding zit me lekker. Vroeger had ik een ideaal figuurtje, maatje 38 met een lengte van 168 cm. Maar na een intensief leven, twee kinderen krijgen, de menopauze en een aantal gezondheidsklachten ben ik gekrompen naar 165 cm. Die centimeters zijn helaas verschoven naar mijn breedte. Heden ten dage ben ik klein en stevig zullen we maar met een knipoog zeggen. Het is wel eens een puntje van schaamte maar ik heb er vrede mee gesloten na diverse mislukte pogingen om wat gewicht kwijt te raken. Ik ben wie ik ben en graai in de grote maten collecties.
Die 165 centimeter heeft echter wel tot gevolg dat de lengte van een gekocht kledingstuk meestal te lang is.
Lange mouwen in kledingstukken zijn voor mij vaak té lang. Mijn handen kunnen er in verdwijnen. Praktisch als ik ben, schuif ik altijd mijn mouwen omhoog tot op de helft van mijn onderarmen en sla de zoompjes vaak een paar keer om. Als ik dat niet doe zitten er in no-time vlekken in mijn ondermouwen, of ik hang met mouw en al in het afwaswater.
Ik heb zwemschouders en stevige bovenarmen, en dat heeft tot gevolg dat veel gekochte t-shirts me té strak om de schouders- cq. bovenarmen zitten, vooral als ze aansluitend horen te zitten. Ze gaan knellen en rimpelen, of ik kom er gewoon niet in. Behoorlijk irritant dus.
Als zelfnaaister kan en moet ik altijd alles inkorten. Leuke driekwart broeken? De zoom daarvan valt op mijn enkels en de knieën hangen ter hoogte van mijn kuit. Vlotte jurkjes?  Die zijn mij altijd te lang en dat geeft vaak een 'vermoeid' beeld. Dus inkorten die hap.
Kledingstukken die strak in de taille zitten probeer ik te vermijden. Strakke taillebanden met riemen bijvoorbeeld drukken mijn (soms opgezette) lever omhoog en dat voelt onprettig. Dus in mijn broeken moet eigenlijk elastiek zitten en shirts vragen om meer ruimte in het voorpand om die opgezette bovenbuik aan een kritisch oog te laten ontsnappen.
Als je zelf je kleding maakt kun je dergelijke zaken aanpassen. Dat is ook met deze shirts gebeurd.
Het blauwe shirt is gemaakt met de hulp van een Ottobre-patroon dat ik eerder heb gebruikt voor een zomershirt. Dat shirt, met lekker losse ruimte aan de voorkant, een V-halsje en korte mouwen heb ik veel gedragen deze zomer. In feite is hij al versleten. Het patroon ervan heb ik gelukkig bewaard zodat ik niet opnieuw hoef te beginnen met patroontekenen en -aanpassen. In de V-hals heb ik een recht colletje  gezet, eerst gedrapeerd en later vast gestikt. Gewoon omdat het in herfst en winter kouder is en het me een sjaaltje uitspaart. De mouwen uiteraard verlengd naar een praktische zes-achtste lengte.

In de plaatselijke stoffenwinkel kwam ik een zwart-witte lap met een randmotief tegen. Daar is shirt nummer twee uit gemaakt. In een ouder Maison Victor tijdschrift vond ik een mooie halslijn die ik in een normaal basispatroon van een t-shirt heb toegepast; een kwestie van één voorpanddeel doorknippen en er extra plooien in maken.
Het rode beleg is mijn persoonlijke kleine protest tegen de saaie kleuren die deze winter het modebeeld bepalen. Heel veel zwart, grijs, pastel- en poedertinten. Op het zwart na, flatteren die kleurtjes me niet, pastel en poedertinten maken van mij een oude grijze muis. En ik wil knallen! Dus nog een voordeel van het zelf maken van je kleding: je hebt de kleur en de stofstructuren voor het uitkiezen.
Als je een beetje oplet hoeft zelf naaien ook niet duur te zijn. Er zijn leuke stofjes te koop voor redelijke prijzen. De valkuil zit bij de aanschaf van fournituren, het bij-materiaal;  8 euro voor een grote klos - kwalitatief goed - garen, vind ik nog altijd veel. In winkels ben ik minstens 50 tot 80 harde eurootjes kwijt voor kledingstukken die je kunt vergelijken met deze. Je moet de tijd die je er in steekt niet tellen, maar nu heb ik voor diezelfde prijs twéé lekker zittende, goed passende, persoonlijk getinte en unieke exemplaren.
Ik verheug me op een bezoekje aan een stoffenbeurs binnenkort. Stoffen zoeken, tussen lappen snuffelen en leuke hebbedingetjes scoren is een andere (h)eerlijke hobby van me ...

zaterdag 3 oktober 2015

Septemberzomer.



De maand september; ik beleef hem altijd als de laatste zomermaand waar je lekker van moet profiteren voordat we de gure herfst ingaan. Qua kleding kun je nog shirts-met-korte-mouwen, jurkjes-zonder-beenbedekking en broeken-met-pijpen-die-de-enkels-niet-halen dragen.
Er zijn genoeg dagen die je buiten kunt doorbrengen, terwijl de nachten niet zo warm zijn dat je de kans loopt in bed te moeten zwemmen. September geeft vanwege de zomertijdtelling lang licht, de blaadjes hangen stevig vast aan de takken van de bomen en de beruchte winterdepressie is in geen velden of wegen te bespeuren.
De oogst is rijk aan groenten en vers fruit, bomvol gezonde vitaminen en mineralen. Ze ligt voor het oprapen in winkels of op het land in je moestuin. Een greep naar pakjes, diepvries- en blikvoer is overbodig, de stamppot met worst lonkt al wel, maar je laat je nog niet verlokken tot winterkost. Nee, nog even wachten; je doet alles om de zomer maar zo lang mogelijk te laten duren, althans … ik wel.
De weekenden lenen zich goed voor korte uitjes, ontspannen fietstochtjes en terrasbezoekjes. Kortom, september is mijn zomer nummer twee.

We hebben een heerlijke vakantietijd gehad en drijven nog een beetje uit in zomerse sferen dankzij de aangename weersomstandigheden. Manlief is vol goede moed aan een nieuw schooljaar begonnen en heeft het de eerste weken van deze maand meestal razend druk. Dat is ook de reden dat we zelden vaste afspraken voor deze periode maken, we proberen intens te genieten van de mooie nazomerdagen en zien wel wat we doen.
In september nemen we de tijd om een nieuw jaar te gaan plannen. Omdat manlief in het onderwijs werkzaam is (en voorheen ook omdat de kinderen nog op school zaten) begint voor ons het jaar qua agenda-invulling niet op Nieuwjaarsdag maar op 1 september; een familietrekje ondertussen.

September van dit jaar verloopt echter anders dan anders. In de eerste dagen van deze maand moet ik afscheid nemen van een goede vriend; hij overlijdt aan longkanker. Té vroeg, té snel en nog veel te jong verlaat hij dit leven. Ik zal hem gaan missen, het wordt een intens afscheid met veel verdriet, onmacht en zware dagen. De zon, die zijn uiterste best doet om ons met zijn stralen te verwarmen krijgt dat niet voor elkaar, het is even winter. Vooral in ons hart.

In diezelfde week staat mijn controle gepland en dat blijft altijd een dingetje. Hou me ten goede: ik ben er blij mee hoor, schaf hem vooral niet af!
In de afgelopen jaren is dit uitgegroeid tot een soort heilig ritueel. Samen met manlief een paar uur autorijden, onderweg serieuze gesprekken voerend over van alles en nog wat. Ziekenhuis in- en uit. Inclusief files, veel water drinken en een snelle hamburger onderweg omdat het te laat wordt om thuis nog te koken. Nuchter bekeken stelt het eigenlijk weinig voor maar ja, die side effects! Je wordt weer geconfronteerd met het feit dat je altijd een kankerpatiënt met onzekere toekomst zult blijven, en dat doet pijn.
Deze check is broodnodig en geeft mij de mentale zekerheid dat het fysiek goed met me gaat. Na de uitslag kan ik weer lekker mijn agenda vol schrijven en plannen maken voor het goede leven.
Maar elk half jaar weer, duurt die week tussen controle en uitslag lang. Hij maakt je onzeker. Ik voel me fantastisch maar in zo’n week slaat de twijfel ongenaakbaar toe. Is er iets te vinden in mijn bloed? Blijft mijn lever stabiel en zien de scans er goed uit, of …? Elk pijntje, bobbeltje en vlekje op mijn lijf voelt als dreigend onheil. In die dagen loop ik als een kip zonder kop doelloos door het huis en er komt nauwelijks werk uit mijn handen en hoofd. Mijn gelieven moeten ook niet bij me komen zeuren, want dat kan ik in die week echt niet hebben. Ze weten dat, accepteren mijn knorrigheid en leven met me mee.
Als het verlossende telefoongesprek met de doktoren-op-afstand  heeft plaatsgevonden slaken we met z’n allen een zucht van verlichting en verschijnt het goede humeur als bij toverslag in mijn ganse ziel en zaligheid. Gelukkig, het is weer september!

Omdat manlief geen kans ziet om zich in september met huishoudelijke zaken te bemoeien begin ik meestal in alle rust ons huis voor te bereiden op het winterseizoen. Alleen thuis, lekker rommelen en ruimen? Het interieur van kleur veranderen? De spinnen verjagen, de voorraadkast inspecteren en opnieuw vullen voor de tijd waarin je gaat cocoonen? Ik doe niets liever. Stoffenmarkten bezoeken en met gloednieuwe trendy lapjes achter de naaimachine kruipen om nieuwe kleren en hebbedingetjes te maken? Mijn schrijfactiviteit intensiveren? Heerlijk. Het is mijn jaarlijkse routine als opmaat voor de winter.

Maar nu - in 2015 - lukt het me niet. Door allerlei onverwachte gebeurtenissen – droevige, maar ook héle leuke -  kom ik niet aan mijn septembermaand toe. Zelfs het schrijven op dit blog schiet er bij in. Manlief en ik hebben het samen zó druk dat de maand al bijna voorbij is voordat we goed en wel beseffen dat het überhaupt september ís. We hebben allebei hard gewerkt en nauwelijks stilgezeten. We zijn bezig geweest met intensieve zaken die nu eenmaal ongevraagd op ons pad zijn gekomen en hielden amper tijd over voor elkaar. Tja, soms heb je dat ...

Gelukkig is de zon blijven schijnen. In dit laatste weekend van de zomer zitten we samen een kistje noten te pellen op het terras in de tuin en voelen zijn warme stralen op onze rug. We bespreken de plannen voor de komende maand.
Allebei hebben we het gevoel dat we zaken hebben gemist en heel wat in moeten halen. We bladeren door de komende weken heen en met moeite noteren we een aantal afspraken in onze agenda’s.
We concluderen dat de tijd voor ons in september te snel is gegaan. Er was te weinig rust om bewust die dagen en gelukkig momenten te beleven. We zijn op dag één gaan hollen en vergaten stil te staan. Die doorgaans prachtige maand september is voorbij en als los zand door onze vingers geglipt.
We maken even pas op de plaats en hebben door een aantal dagen in de agenda van oktober een dikke vette streep gezet. Naast de oppasdagen voor kleine zoon worden dat ónze dagen rust en genieten.
Op naar oktober!