maandag 29 februari 2016

Dipjes.

Het is een algemeen verschijnsel waar we last van hebben; de winterdip. Dat gevoel van algehele malaise, vage vermoeidheid en gevaarlijk onbehagen waar je geen verklaring voor hebt.Ook bij mij slaat het toe, meestal in de maand januari of februari, of nadat ik de kerstspullen in dozen naar de zolder heb verbannen waar ze weer een jaartje stof kunnen happen.
Dat laatste zal wel meevallen overigens want manlief en oudste dochter hebben recent onze zolderverdieping gekuist. Het jarenlang verzamelen van spullen die je zelden nodig hebt had als resultaat een overvolle opslagplaats waar je je kont niet kon keren. We hebben een grote zolder die je via een vlizotrap op kunt. Het lastige er aan is dat we er gedurende bijna veertig jaar heel wat zaken hebben opgeborgen maar ook dat je er nauwelijks stahoogte hebt. Nu ik wat minder mobiel ben krijg ik het niet meer voor elkaar de spinnenwebben en het stof er structureel weg te houden dus de mufheid in dat deel van ons huis sloeg toe en er was hulp nodig bij het verjagen ervan.
Aanleiding voor die poetsbeurt was het feit dat we op zoek gingen naar een paar dozen peuterspeelgoed van vroeger. Voor onze kleine zoon, om er mee te spelen als hij bij oma en opa logeert. Dat spul staat al dertig jaar geduldig te wachten op een nieuwe eigenaar, is in de loop der tijd steeds meer verschoven naar de achterste rijen met dozen en bijkans onbereikbaar. Reden tot ruimen dus.
Voor oudste dochter ook een uitgelezen kans om spullen te verzamelen voor zichzelf. Want dochterlief heeft - na lang aarzelen - het besluit genomen om het werken en wonen in verre landen vaarwel te zeggen. Na tien jaar had ze het wel gehad met onrust, revoluties. vreemde gasten en bloedhete zonnestralen; ze keerde onlangs veilig terug in het ouderlijke nest. Tijdelijk wel te verstaan, want een baan en een eigen onderkomen in ons natte kikkerlandje scoorden hoog op haar verlanglijstje.
Tot onze vreugde én verbazing - want de arbeidsmarkt is op dit moment toch niet zó gunstig voor werkzoekende dertigers zonder baan - kwamen beiden vrij snel, dat wil zeggen binnen een maand na terugkeer, op haar pad. Dochterlief greep haar kans ondanks het verlangen om eerst een paar maanden van haar rust te genieten.Van wie heeft ze toch die verstandige inslag?

En zo kwam het dat we noodgedwongen op derde kerstdag  in een overvolle IKEA-winkel de meest noodzakelijke spulletjes aan het kopen waren en zij daarmee richting eigen huisje vertrok. Nadat ze nog wat kratten vol zolderattributen had verzameld en haar garderobe was aangevuld met kleding voor ons Hollandse klimaat reed ze in een volgepropte occasion van ons vandaan; wij bleven achter met een schone, minder volle bovenverdieping.
Het besef dat mijn meisjes nu waarschijnlijk hun bestemming hebben gevonden bezorgt me een leeg gevoel van binnen. Ik herken het empty-nest syndroom en dwaal doelloos door mijn huis vol herinneringen. In mijn brein hoor ik humoristisch uitgesproken brabbel-woordjes, fantasievolle kinderverhaaltjes en opstandige puberuitspraken. Dertig jaar zorgen voor het gezin jagen als een film door mijn hoofd. Dat wat geweest is glijdt in mijmeringen geruisloos voorbij en maakt me week.
Natuurlijk hebben we onze dochters en hun gezinnen nu dichterbij dan ooit en is ons leven verrijkt met een kleine zoon waarop ik mijn moedergevoelen zonder scrupules kan loslaten. Ik ben daar heel dankbaar voor en mag van mezelf niet klagen want er zijn er velen die zo'n kans niet krijgen.
Uit het raam starend en de regen vervloekend die de laatste weken onafgebroken uit de lucht dendert, nies ik in een tissue waarmee ik zojuist een ontsnapte traan van mijn wang heb geveegd. Het voelt in mijn hart net zo koud als de temperatuur buiten. Brrr ...februari ... donker, nat, grieperig en ... uiterst saai nu.

Even laat ik de negatieve gevoelens toe in mijn leven, even geef ik me over aan het klagende zelfmedelijden dat een mens soms moet laten blijken om zijn ziel op te schonen. Op dit moment staat er een glas voor me dat niet half vol maar - op een bodempje na - leeg is.
Het luide gerinkel van de bel zorgt er voor dat ik word weggerukt uit de diepe duisternis. Dochter en kleine zoon vragen met een stralend gezicht of ik met ze mee ga lunchen. Lopend met paraplu, dikke jas en das smeekt deze dag immers om een ik-loop-lekker-in-alle-plassen-en-word-nat-momentje.
Hoestend en proestend verschijnt er een glimlach rond mijn lippen. ... Februari ... de zon piept plotseling weer uit een dik wolkendek tevoorschijn ... 
 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten