Verkiezingen.
Precies
in het midden van het jaar hebben we vakantie, 5 weken lang. Da’s lang ja, daar
ben ik het mee eens. Maar als je baas de Minister van Onderwijs is heb je die
tijd echt nodig om bij – en los – te komen van het werk dat je in de
rest van het jaar verricht.
Vroeger,
heel vroeger was je een bevoorrecht mens als je in het onderwijs mocht werken.
Je begon met lesgeven om half negen en kon om vier uur weer naar huis,
dankbaar, tevreden en blij omdat je jonge mensen kennis had kunnen meegeven. Het huiswerk nakijken deed je in de
vroege avonduren en als maatschappelijk betrokken persoon stortte je jezelf
daarna in een bruisend verenigingsleven om de gemeenschap ter wille te zijn. Vroeger was er aandacht en respect
voor de leraar. Maar die tijd is geschiedenis.
Tegenwoordig
sta je ver voor zeven uur naast je bed om snel een cracker naar binnen te
werken, de auto te pakken en op weg te gaan. Meestal naar een vergadering ergens
in het land waar je om half negen moet zijn. Op tijd ja, maar het ontlopen van files is een
onmogelijkheid.
Na een paar uur oeverloos vergaderen – met een verplichte
aanwezigheid inclusief invulvelletje waar jouw burgerservice- paspoortnummer
en handtekening op moeten – en waarbij
je jezelf afvraagt wat men uiteindelijk met jou inbreng zal gaan doen, snor je
’s middags in je eigen autootje richting school.
Een
leaseauto van de zaak is er niet bij, een lunchpauze niet gepland dus eet je
noodgedwongen achter het stuur onhandig je broodtrommel leeg. Niet erg
smakelijk want het ding heeft de hele ochtend in een warme auto gelegen.
Onderweg moet je dure benzine tanken en blijkt je bankrekening niet te zijn
aangevuld door een schamel maandsalaris. Twee daagjes te laat gestort zal de
administratie later melden: foutje, bedankt. In de stress of je de bestemming
haalt met een bijna lege tank probeer je het nieuwe rijden uit.
Eenmaal
op school kun je gelijk aan het werk. Nee, niet lekker voor de klas. De tijd
dat je als leraar echte leerlingen van
vlees en bloed voor je neus had zitten is jammer genoeg voorbij, je bent immers de veertig
gepasseerd en gepromoveerd. Tot senior teacher, personal coach, projectmanager, headmaster of
wat voor Engelse termen er nog meer in het Nederlandse onderwijs verzonnen
zijn.
Je wurmt je tussen honderden leerlingen door die op hun beurt deze kans grijpen en jouw aanspreken om indringende
vragen te stellen; een leraar op weg naar ergens in een groot schoolgebouw is
een makkelijke prooi. Voor iedereen heb je een bemoedigend antwoord maar de
haast is er in te horen. Je bereikt
langzaam het voormalig klaslokaal dat vanwege ontbrekende centjes slechts
provisorisch is ingericht als een bureautuin. Het is er bloedheet en benauwd,
airco is er niet en de overbevolking duidelijk zichtbaar; er zit een mens of vijftien
achter laptops te werken; collega’s waarmee je in het verleden heerlijk kon
praten, oeverloos kon lachen en plezier maken. Goede middag, hallo, hoe is het?
Nu wordt er terug gemompeld, niemand kijkt op, te druk en te geconcentreerd op beeldschermen.
De koffiemachine – waar, als je geluk hebt ook heet water voor thee of soep
uitkomt – draait overuren.
Je
opent je pc en er springt een venster tevoorschijn, de persoonlijke mailbox van
het speciale voor de hele scholengemeenschap ontworpen computerprogramma. Je logt in, gemiddeld 80 mailtjes per dag krijg je
voor je kiezen, allemaal zaken die vragen om door jou opgelost te worden. Soms zitten er
verhalen van leerlingen en ouders tussen die de nodige aandacht vereisen maar er
zijn er veel meer met een rood knipperend bureaucratisch sterretje: spoed!
Met een zucht val
je in je bureaustoel om er de eerst uren niet meer uit op te staan. Had de
huisarts niet gezegd dat je meer moest gaan bewegen?
Je
belt naar huis, je mobieltje reeds aangesloten aan de oplader. Het wordt
laat vandaag, wacht maar niet met eten. De tandarts? Shit, vergeten, geen tijd.
Die afspraak met de notaris en de bank? Die kan alleen vanavond of op
vrijdagmiddag, dan ben ik een paar uurtjes vrij. O, zijn die kantoren dan
dicht? Jammer, dan zullen we het telefonisch moeten doen. Kan dat niet? Ja, sorry
hoor! Zaterdag naar de stad om nieuwe kleding te kopen? Moet dat echt? Daar heb
ik eigenlijk niet zo’n zin in. Overvolle winkels, herrie, al die mensen om me
heen; laat me even met rust, wil je! Druk? Ja, héél erg druk, de
oktoberteldatum nadert en ik moet … ik had nog …
Even
zak je terug in je gammele stoel en gun je jezelf enkele minuten om aan het
verleden te denken. Weemoedig. Aan het einde van de dag slenter je vermoeid
naar je occasion die geparkeerd staat op het autodek in het vak voor docenten.
Wat? Een lek gestoken band. Weer een baldadige of volledig gefrustreerde
leerling? Valt banden wisselen eigenlijk onder sporten? Nog snel voor
sluitingstijd langs de garage dan maar. Sorry, die rekening is voor u
persoonlijk mevrouw, daar kunnen we niet aan beginnen, zal de dame van de
administratie de volgende dag meelijwekkend aan je mede delen.
Thuisgekomen
eet je een bordje leeg dat is opgewarmd in de magnetron, je valt op de bank
voor de tv in slaap; te moe om het dagelijkse nieuws nog te volgen. Een hazenslaapje
van een half uurtje, omdat je daarna weer achter de computer kruipt om die
laatste mailtjes van school nog even weg te werken. De volgende dag met
achterstand aan het werk gaan moet je als het even kan vermijden om niet in een nog-te-doen vicieuze cirkel terecht te
komen, overspannen te raken of in het slechtste geval in een burn-out te belanden. Immers, een collega bellen kun je thuis ook. Hem
overdag contacten heeft geen enkele zin; je krijgt de bezettoon of de
voicemail. Het gesprek duurt 43 minuten. Gelukkig heb je na jarenlang zeuren
een mobieltje van je baas gekregen, weliswaar met beperkt belabonnement dat je
nu dus overschrijdt.
Bij
een welverdiend, zelf ingeschonken en goedkoop glaasje wijn kun je nog net op
de beeldbuis een laat - in de herhaling gezet - praatprogramma zien voordat je ogen dichtvallen
en je gedachten al naar de drukke dag van morgen uitgaan.
Het
is verkiezingstijd en een aantal lijsttrekkers discussieert over Europa, de
crisis en de pensioenen.
Pensioen? Toen je als 20-jarige voor de klas ging
staan was je beloofd dat je op je 60ste klaar zou zijn met werken! Nu beperken ze je
vakantiedagen nog meer en moet je tot je 67ste door …
Er
wordt door dames en heren in strakke en nieuwe voor hen – door
campagnepersoneel – geshopte pakken en boven een netjes geserveerd watertje,
met geen woord gerept over het onderwijs. Frustrerend. Tja, weten zij veel
…